Arie den Hertog heet hij, de massamoordenaar van onze tijd. De kampbeul van Lelystad. Met gepaste trots meldt hij op Omroep Flevoland dat hij een vergunning heeft gekregen om onbeperkt ganzen uit te roeien met zijn bedrijf Duke Faunabeheer. Voorlopig heeft Arie een missie: zo veel mogelijk dieren vermoorden. Kan hij op de volgende nieuwjaarsreceptie met trots melden wat hij dit jaar heeft bereikt: vijftienduizend ganzen uitgeroeid. Of, als het mee zit, zelfs twintigduizend. Het is nog niks vergeleken bij de zes miljoen joden die door de nazi’s de Styx over werden geholpen. Maar goed, je moet klein beginnen. Den Hartog vindt dat er te veel ganzen zijn en rechtvaardigt daarmee deze faunacaust. Fair enough, sommigen vonden eind jaren dertig dat er te veel mensen van een bepaald ras waren.
Te veel ganzen. Laat me dat even uitleggen: ganzen knagen aan onze gewassen. Maar wie zegt dat die gewassen van ons zijn? We delen deze wereld met talloze andere levensvormen. En pakken wat we pakken kunnen, net als de ganzen. Net als de vluchtelingen zonder zwemdiploma uit Afrika. Net als de joden waar de nazi’s zich midden vorige eeuw zo druk om maakten. Te veel ganzen? In 1980 waren er vijf miljard mensen. Daarvan hadden er drie miljard te weinig te eten (of, naar de normen van Duke: waren er drie miljard te veel). Vandaag zijn dat er zeven miljard. Een toename van veertig procent in nog geen half mensenleven; over ‘te veel’ gesproken; daar kan geen gans tegenop.
Een schone taak voor Duke Faunabeheer dus. Als je hun redenatie volgt tenminste, maar ja, met mensen vergassen kreeg je de afgelopen eeuw de handen niet op elkaar. Want wij zijn op de stoel van God gaan zitten en ‘all animals are equal’, maar zelf zijn we net even ‘more equal than others’. Dus, ondanks dat wij in nog geen tweehonderd jaar de fossiele brandstoffen hebben afgefakkeld waar de natuur honderd miljoen jaar aan heeft gewerkt, mogen wij ons gewoon exponentieel voortplanten, ondertussen de rest van de fauna ‘regulerend’. Lees beheren. Lees vergassen.
Dus pleit ik voor een ram voor de lelijke muil van Arie den Hertog. Of liever, een schop tussen zijn stinkende ballen, een flinke trap die hem impotent maakt. Want straks is het brood bij de Albert Heijn op omdat Arie den Hertog alles heeft opgekocht voor die kutkinderen van hem en heb ik daarom niks te vreten. Dat moeten we toch niet willen?
Bam! Ik had het niet beter kunnen zeggen!