Frank Jacobs

journalist, schrijver en autojournalist

  • Artikelen
    • De Naardense moordzaak
    • Lost in Transition: energietransitie, maar dan?
    • Karin Slaughter over Tesla
    • Dodenvlucht Neptune 212 wellicht diefstal
    • Neptune 212: dodenvlucht boven Katwijk
    • Dakota 079: de weggemoffelde vliegramp van Biak
    • Het duistere verleden van BMW-familie Quandt
    • Religieuze moord op zee: het geheim van de KW 171
    • Ferdinand Piëch, de geniale megalomaan van Volkswagen
    • Volkswagen: familievetes en stoeltjewip
    • De verdwenen Porsche van James Dean
    • Terugkeer van een dode baron (2)
    • Terugkeer van een dode baron
    • Portfolio
  • Columns
    • Waarom de flitsmarathon onzin en bangmakerij is
    • Dieren mogen worden doodgereden, vindt de Provincie Zuid-Holland
    • Waarom kernenergie een heel slecht idee is
    • Armoede? Je hebt geen idee wat dat is
    • #NederlandVleesland
    • Omgekeerde vlaggen en boerenzakdoeken: zo herken je de simpelen van geest
    • Armoede los je zo op
    • Veevervoer? Complimenten aan Schiphol!
    • Eva Vlaardingerbroek, ga dansjes doen op TikTok
    • Paybacktime
    • Franse probleemjongeren welkom in Nederland
    • Windmolenparken op zee
    • Zijn katten invasieve exoten?
    • Zijn wielrenners asociaal?
    • Second Love: daten voor proleten
    • NewSpace: hoogplassen voor miljardairs
    • Corona: de aarde haalt opgelucht adem
    • Corona: een lesje in bescheidenheid
    • Corona: de zeven pluspunten
    • 2019 en mijn ingebeelde vriend
    • Zwarte Piet? Zand erover
    • De leugens van Koos Spee
    • Foei Halsema!
    • Een dagje aan het strand
    • De mysterieuze verdwijning van Anja Schaap: wat houdt de politie achter?
    • Wannabe-journalisten
    • Thierry Baudet: omfloerste poep
    • Arbeidsparticipatie: een pakketje schroot met een dun laagje chroom
    • Like me of zwijg
    • Vuurwerk? Rot op!
    • Lisette Vroege slachtoffer orgaanhandel?
    • Waarom Schiphol op zee bezopen is
    • Duitsland huichelland
    • Referendum: onderbuikdenkers aan de macht
    • Social influencers
    • Coen was een held
    • Aangifte doen is voor mietjes
    • 2018, het jaar van het non-nieuws
    • Wanneer wordt Lisette Vroege gevonden?
    • Waarom een dierenleven meer waard is dan een mensenleven
    • Boom!
    • Brexit? We still love you!
    • De opkomst van de tekschrijver, de ondergang van de journalist
    • Autojournalist
    • Dit is er mis met grote organisaties
    • Plastic tasjes
    • De armoedegolf van 2035: Zelfstandigen Zonder Perspectief
    • Verlengstuk
    • Vel d’Hiv: hoe bootvluchtelingen je vakantie bederven
    • Terug in je kist!
  • Korte verhalen
    • Op Slot – kort verhaal
    • De Laatste Pomp – kort verhaal
    • Ik deel hier de lakens uit – kort verhaal
    • Broedertwist – kort verhaal
  • Foto
    • Photography
  • Video
    • Documentaires
    • Autoweek TV
    • Fifth Gear Europe
    • Tuf-tuf Club op TV
  • Contact
    • Over Frank
    • Contact
    • English
    • Français
    • Deutsch
  • Email
  • Facebook
  • Google+
  • Instagram
  • LinkedIn
  • Twitter
  • YouTube
Contact

Een dagje aan het strand

23 juni 2019 door Frank Jacobs Reageer

strand katwijk zomerOp 18 km uit de kust staan een paar windturbines. Horizonvervuiling, zeggen de tegenstanders, horeca-ondernemers en toerisme voorop. Maar wie op een mooie zomerdag naar het strand van Katwijk gaat, merkt dat de echte vervuiling veel dichterbij is dan die bijna onzichtbare molens aan de horizon.

“Heeft u ook verse jus?”
“Zeker,” knikt de jongen. Hij tikt mijn bestelling op zijn smartphone en verdwijnt richting de bar.
Ik leun achterover en laat mijn blik over de rokende en zwetende menigte glijden. Hoewel het nog voor de middag is, zijn vrijwel alle tafels, banken en ligstoelen van strandpaviljoen Pxxx xx al bezet. Het is zondag en volgens het KNMI gaan we vanmiddag richting de dertig graden. Vlak voor mij zit een groep mannen van middelbare leeftijd. Wat ze precies bindt, is moeilijk te zeggen, maar ik geloof niet dat het bevriende cardiologen zijn. Er is in elk geval één overeenkomst: ze hebben allemaal – alle tien, tel ik nu – een bonte verzameling tatoeages op hun omvangrijke lijf. Ik probeer de afbeeldingen en teksten te ontcijferen. Runentekens, gotische letters, Chinese karakters: culturele verbroedering begint op de lijven van de simpelen der geest. Een van de mannen heeft een meer dan levensgrote schedel met stetson over de hele breedte van zijn rug. Tussen de schouderbladen van zijn maat prijkt een schepsel dat Tolkien en J.K. Rowling samen na een wilde avond vol drank en drugs nog niet verzonnen hadden gekregen. Hier zit minstens een kamerzetel aan electoraat PVV bijeen. Forum voor Democratie is zelfs voor deze heren te hoog gegrepen, vrees ik.

“Verse jus?” De jongen zet het glaasje op mijn tafel. Ik bedank hem, vis het rietje uit mijn drankje en neem een slok. Is dit verse jus? Als je dit vocht in een analyse-apparaat zou doen, zou spontaan een reclamespot van Appelsientje op het computerscherm verschijnen. Op zijn gunstigst; dit is eerder een Lidl-huismerk. Voor de zekerheid kijk ik op de kaart. Er staat toch echt ‘verse jus’. En de prijs (€4,75 voor dit pisglaasje) maakt dat je mag verwachten dat de baas de sinaasappels hoogstpersoonlijk aan je tafel komt uitpersen, terwijl zijn vrouw je schouders met kokosolie los masseert en de fanfare je lievelingsmuziek speelt.

Ik denk dat de baas er vandaag niet is. Hij moet op cursus zijn, waar zijn muziekkeuze wordt verfijnd. Uit de luidsprekers van het terras klinkt harde après-ski-muziek: Ik heb een toet-toet-toeter op mijn waterscooter.. Is dit zijn manier om de tafeltjes zo gauw mogelijk weer vrij te krijgen voor nieuwe klanten? De cardiologen naast mij jaagt hij er in elk geval niet mee weg. Ze deinen met de muziek mee en zwaaien met hun bierflesjes en sigaretten in de lucht. Pas na een tijdje ontdek ik dat die muziek niet uit de speakers van Pxxx xx komt, maar uit de gettoblaster van de mannen. Pxxx xx durft mij voor €4,75 Appelsientje als verse jus te verkopen, maar voor een grote groep getatoeëerde kerels met dreunende gettoblaster doen ze braaf hun eigen muziek uit.



Ik besluit in de toeter en de waterscooter mijn meerderen te erkennen en reken af. Ik geef het kind van de bediening ondanks de Appelsientje nog een euro fooi, omdat ik heb gehoord dat Pxxx xx van alle strandtenten het slechtst betaalt, klok mijn verse Appelsientje weg en loop richting de branding, waar ik na enig zoeken nog een plekje weet te bemachtigen. Ook hier allemaal mensen om me heen die zo aardig zijn mij mee te laten delen in hun nicotine en muziek, maar het staat in elk geval niet zo hard als de waterscooter van de cardiologenclub.

Al gauw hoor ik de muziek van de mensen om mij heen niet eens meer, want een enorme speedboot doet bulderende op-en-neertjes voor het strand. De schipper, die met zijn voorkomen naadloos bij het groepje van Pxxx xx zou passen, scheert af en toe gevaarlijk dicht langs de laatste paar zwemmers die zich nog niet uit de voeten hebben gemaakt. De reddingsbrigade kijkt de andere kant uit. 75 jaar geleden staken dappere mannen vanaf dit strand bij nacht en ontij in zee om per kajak de 150 km lange overtocht naar Engeland te wagen, tussen Duitse patrouilleboten door. Deze geslaagde snackbarhouder waant zich een held door met zijn drijvende damesbrommer voor het stand op en neer te racen.

Ik pak mijn spullen en ga naar huis. Misschien dat ik vanavond, voor het slapen gaan, nog een stukje over het strand ga lopen. Wanneer alleen de lege bierblikken, volle luiers en sigarettenpeuken van deze mensen nog zijn achtergebleven.
Ach, voor je het weet is het weer herfst.



De mysterieuze verdwijning van Anja Schaap: wat houdt de politie achter?

19 juni 2019 door Frank Jacobs 5 Reacties

Anja Schaap, de jonge vrouw die eind mei 2019 na een avondje stappen in het niets verdween, werd bijna drie weken later dood aangetroffen in de Noordzee boven de Waddeneilanden, net voordat haar vermissing van regionaal nieuws eindelijk een item in Opsporing Verzocht was geworden. Haar lichaam mag dan gevonden zijn, wat er in de aanloop naar haar vermissing met haar gebeurde, is nog steeds een mysterie. Wie kritisch naar de uitzending van Opsporing Verzocht keek, kan niet anders concluderen dan dat de politie óf griezelig weinig weet, óf heel veel achterhoudt.

Op dinsdagavond 28 mei 2019 om 19:25 arriveert de 33-jarige Anja Schaap bij café In den Blauwen Bock aan de Badstraat, net achter de boulevard van het strand van Katwijk aan Zee. Ze brengt de avond door met een man, naar verluidt een neef, die in een B&B erboven logeert. Om 01:50 verlaat ze het café alleen, slaat rechtsaf richting de kruising met de Tramstraat, die ze volgens camerabeelden ‘tegen tweeën’ oversteekt. Om 2:04 wordt ze op de Binnensluis gefilmd door een camera van snackbar De Heeren van Katwijck (inmiddels omgedoopt in De Meeuw), wat overeen komt met de meest logische weg naar haar appartement aan de Wega, vlakbij Space Expo. Om 2:40 rammelt ze aan de deur van cafetaria Family aan de Poolster, 200 meter van haar huis. Dat is gesloten, dus keert ze onverrichter zaken terug. Waarheen, dat is onduidelijk, want de Poolster is een zijstraat van haar logische route. Pas een uur later, om 3:40, wordt ze opnieuw gefilmd door de camera van de snackbar aan de Binnensluis. Ditmaal slaat ze af richting de Buitensluis, via de Kanaaldijk. Tien minuten later filmt een camera aan de andere kant van de Buitensluis in de verte een silhouet dat sterk lijkt op Anja Schaap en als ze dat inderdaad was, zijn dit de laatste beelden van de vrouw. Om 6:10, twee uur en twintig minuten na die laatste beelden, wordt op de Campingweg, een stuk terug richting haar huis, net voorbij de Heeren van Katwijck, een vrouw gezien die Anja geweest zou kunnen zijn. Ruim twee dagen later, vrijdagochtend 1 juni, wordt in het water op de hoek van de Melkweg en het fietspad Rijnsoever Zuid Anja’s zwarte tas gevonden, waarin onder meer haar mobiel.

Vrijwillige verdwijning

Tot zover de feiten. Daarmee valt Anja’s tocht aardig te reconstrueren, maar dat levert meer vragen op dan antwoorden. Om te beginnen is het opmerkelijk hoe weinig mededeelzaam de politie is over Anja’s persoonlijke omstandigheden. Hoe staat ze in het leven? Had ze een relatie, kinderen, problemen, werk? Allemaal zaken die met haar verdwijning te maken zouden kunnen hebben, of een al dan niet vrijwillige verdwijning meer of juist minder waarschijnlijk maken. Aanvankelijk wordt zelfs haar achternaam stil gehouden. Opmerkelijker nog is hoe de politie om de feiten heen draait omtrent haar omstandigheden die avond. “Ze lijkt vrolijk”. Wat heet: de diverse camerabeelden laten duidelijk zien dat ze nogal onvast loopt. Wie daaraan twijfelt: bekijk de beelden van het begin van de avond en je weet dat Anja toen wél een vaste tred had. Op de beelden van de bar is te zien dat ze nogal giechelig doet. Voor een vreemde lijkt ze aangeschoten, maar dat zou nog haar aard kunnen zijn. Zeker is echter dat ze moeite heeft haar wijnglas op het viltje te krijgen en het rechtop te houden. Nou is het het goed recht van een volwassen vrouw om af en toe een avondje los te gaan en dat haar alcoholgebruik daarna niet aan de grote klok gehangen wordt, maar in dit geval zou het zomaar cruciale informatie op de weg naar de ontknoping van het mysterie kunnen zijn.

Logische route

Want zeg zelf: wat wil een mens na ruim vijf uur gezellig pimpelen? Een vette bek en onder de wol. Aanvankelijk lijkt haar pad ook keurig die richting in te gaan. De tijdsintervallen tussen de eerste cameraregistraties komen aardig overeen met haar meest logische weg naar huis: via de Sluisweg over de Binnensluis en de Melkweg naar de Wega. Wie om 01:50 bij In den Blauwen Bock vertrekt, zal inderdaad zo rond 2:04 De Heeren van Katwijck passeren. Maar de volgende keer dat Anja wordt gefilmd, is bij cafetaria Family, lopend 13 minuten verder. Ze doet daar echter 36 minuten over, waarmee we haar 23 minuten kwijt zijn. Daarna loopt ze weer weg bij Family en duurt het een uur voordat ze die 13 minuten terug naar de Heeren van Katwijck heeft overbrugd. Opnieuw zijn we haar kwijt, nu ruim drie kwartier.
Wat heeft Anja in die drie kwartier gedaan? Wie de beelden van snackbar Family goed bekijkt, zal zien dat ze niet aan de deur trekt als een teleurgestelde klant die op een broodje shoarma voor het slapen gaan rekent (naar binnen turend op zoek naar een teken van leven), maar eerder als iemand die gewend is de sleutel te hebben (ze lijkt zelfs in haar tas te kijken terwijl ze dat doet). Ze geeft het al gauw op en verdwijnt onverrichter zaken in dezelfde richting als waar ze vandaan is gekomen: naar haar huis, dat om de hoek is? Of naar iemand?



Opsporing Verzocht

Het heeft er in elk geval alle schijn van dat ze in die drie kwartier weer heeft gedronken, of (al dan niet vrijwillig) iets anders heeft gebruikt dat haar motoriek niet ten goede kwam. Want waar ze op de beelden rond cafetaria Family al wat vaster op haar benen staat dan net na het verlaten van In den Blauwen Bock, lijkt ze op de beelden van 3:40, wanneer ze van de Hoorneslaan rechtsaf slaat naar de Kanaaldijk, bij elke stap bijna over haar eigen benen te struikelen. Of is ze drijfnat, zoals meerdere mensen opperen? Uit de screenshot rechts zou je kunnen opmaken dat ze op haar telefoon kijkt. Hoe dan ook, ze weet de Buitensluis tien minuten later te bereiken (als we de vage beelden van de camera aan de andere kant van de dijk mogen geloven), om vervolgens in het niets te verdwijnen, haar dood tegemoet.
Of haar tas in het water bij de Melkweg verdwijnt bij haar tweede passage (tussen 2:40 en 3:40), of pas nadat de laatste beelden worden gemaakt (3:50), zegt de politie niet te weten. In Opsporing Verzocht wordt immers betwijfeld of ze op de beelden van 3:40 haar tas nog bij zich heeft en aangezien haar telefoon daar in zit, mag je verwachten dat het moment van te water gaan nauwkeurig vast te stellen is (mits ze haar telefoon niet eerder zelf uitschakelde, of de accu het begaf). Daaruit mogen we voorzichtig concluderen dat Anja’s telefoon nog na 3:50 een mast heeft aangestraald.

Verkeerde persoon

De vrees dat Anja Schaap de verkeerde persoon is tegengekomen, al dan niet op of rond de parkeerplaats in de Noordduinen, is natuurlijk levensgroot. Wanneer ze inderdaad zo onder invloed van wat dan ook was als de beelden van 3:40 doen geloven, kan ze een gemakkelijke prooi zijn geweest voor een kwaadwillende. Maar dat scenario verklaart niet wat een gezonde jonge vrouw er toe dreef om na een gezellig avondje in de kroeg nog urenlang rond te dolen, waarbij ze op een gegeven moment bijna thuis was, maar toch weer terug ging. Dat ze na vijf en een half uur in de kroeg wat onvast op haar benen stond, is niet zo raar. Maar het lijkt erop dat ze tussen 2:40 en 3:40 opnieuw een flinke dosis alcohol binnen kreeg. Hoe? Van en/of met wie? Tenzij diegene iets met haar verdwijning te maken heeft, is het vreemd dat de politie dat niet lijkt te weten; het is immers niet strafbaar een volwassen vrouw op een paar drankjes te trakteren, maar desondanks heeft hij of zij zich blijkbaar niet gemeld. Of had ze zelf een heupfles ‘for the road’ op zak? Onwaarschijnlijk: dat is vooral iets voor mensen met een drankprobleem, en dan zou haar familie daar toch van hebben moeten geweten. Het zou allemaal nog geheimzinniger worden als blijkt dat de onbekende vrouw die om 6:10 op de Campingweg is gezien inderdaad Anja was. Dat zou betekenen dat ze na haar moment op de Kanaaldijk nóg ruim twee uur heeft gedoold.

Mysterie

Nu haar lichaam is gevonden, is de onzekerheid over haar lot weggenomen. Maar dat doet niets af aan de raadsels rond de uren die vooraf gingen aan haar raadselachtige verdwijning.

Update: woensdag 18 december 2019, ruim zes maanden na haar dood, maakt justitie bekend dat Anja Schaap niet door een misdrijf om het leven is gekomen. 



Wanneer wordt Lisette Vroege gevonden?

1 juni 2019 door Frank Jacobs 4 Reacties

Spoorloos verdwijnen lijkt onmogelijk in een overvol land als het onze. Toch gebeurt het af en toe. Onlangs opnieuw, toen de 33-jarige Anja Schaap na een avondje stappen in Katwijk niet meer thuis kwam. Inmiddels is Anja Schaap gevonden, maar dat gebeurde nooit met Lisette Vroege, een vrouw van midden twintig die op een mooie zomeravond in 1992 volslagen onverwacht in het niets verdween. Waarom is Lisette tot op de dag van vandaag onvindbaar?

Het is woensdagavond 3 juni 1992. Op het terras van tennisclub WOC, aan de Zeeweg die Haarlem met Bloemendaal aan Zee verbindt, zit de 27-jarige Lisette Vroege bij te komen van een uurtje tennis. Ze heeft net met een makelaar gesproken, omdat ze op zoek is naar een nieuwe woning. Tegen negenen hangt de zon al laag boven de Noordzee. De schaduwen van de bomen rond het sportcomplex worden langer en Lisette krijgt het koud. Ze zegt tegen haar vriend Dinand Heiner (26), die nog een balletje slaat, dat ze vast naar huis gaat en stapt in haar blauwe Volkswagen Polo met kenteken JK-28-HJ. Ze rijdt in zo’n tien minuten naar haar appartement op de eerste verdieping van Kleverparkweg 44, een statig herenhuis ten noorden van het centrum van Haarlem.
Het is een leuk appartement, maar Lisette heeft van haar huurbaas te horen gekregen dat ze er uit moet. Hij gaat verbouwen en wanneer dat klaar is, zal de huur te hoog zijn voor de jonge, net afgestudeerde fysiotherapeute. Vijf voor half tien zien twee buurvrouwen en een passerende hardloopster nog hoe Lisette haar auto parkeert en door het tuinhekje naar de voordeur loopt. Het is de laatste bekende keer dat iemand Lisette heeft gezien.

Dinand wacht een verrassing

Volgens zijn eigen verklaring arriveert vriend Dinand (soms geschreven als Dynand, Dynant of Dinant) rond tienen bij Lisette’s huis. Al vanaf de straat ziet hij dat er geen licht brandt, terwijl zowel Lisette’s auto als haar fiets gewoon voor de deur staan. Binnen wacht hem, zo vertelt hij de politie, een tweede verrassing. Lisette’s tennisschoenen en racket staan niet, zoals gebruikelijk, onderaan de trap. Bovendien is ook de deur boven, de toegang tot het appartement, op slot. In 1992 heeft nog niemand een gsm op zak, dus Dinand kan niet veel meer doen dan afwachten. Wanneer Lisette om elf uur nog geen teken van leven heeft gegeven, belt hij de politie. Die ziet in zo’n korte verdwijning nog geen reden tot paniek en ook wanneer Dinand een half uur later nog eens belt en een derde keer om kwart over twee, zegt de politie dat ze vast gauw weer terug zal komen.



Ruziënde man en vrouw

Maar terugkomen doet Lisette niet. Ze blijft de hele nacht weg en de volgende dag neemt de politie aangifte op van vermissing. Het gebruikelijke onderzoek komt op gang, maar er wordt geen enkel spoor van geweld of andere aanwijzingen gevonden die indicaties geven wat er met de jonge vrouw is gebeurd nadat ze die woensdagavond naar haar voordeur liep. Een buurvrouw denkt een ruziënde man en vrouw te hebben gehoord, maar haar verklaring is te onzeker; ze had het geluid van de televisie nogal hard staan. Lisette is onvindbaar, net als haar schoenen en racket. Dat laatste is voor de recherche reden om aan te nemen dat Lisette niet naar binnen is gegaan. Werd ze voor de deur door iemand aangesproken en is ze met hem (of haar), al dan niet vrijwillig, meegegaan?
De vrienden van Lisette beginnen een posteractie en burgers gaan massaal op zoek. De lokale Rotary, een hengelclub, Lisette’s oude middelbare school: de betrokkenheid is groot. Helderzienden turen in hun glazen bollen, maar van Lisette geen spoor en de zaak zit muurvast.

Zelfmoordscenario

Op 26 oktober, een kleine vijf maanden na de verdwijning, wordt in het talud van de Delftlaan, ter hoogte van de tegenwoordige ijsbaanhal, hemelsbreed zo’n achthonderd meter van haar woning, Lisette’s Donnay-racket gevonden. Het is gebroken. De politie zoekt de omgeving verder af en vindt vier dagen later in een sloot een van de vermiste tennisschoenen. Het NFI vindt op de spullen geen bruikbare sporen, maar dat en hoe ze gevonden zijn, maakt de kans dat Lisette vrijwillig is verdwenen wel een stuk kleiner. Die was overigens al niet heel groot, omdat ze verder helemaal niets had meegenomen die woensdagavond. Ook het zelfmoordscenario is nu een stuk minder aannemelijk, al was dat al erg onwaarschijnlijk. Waarom zou ze eerst naar huis zijn gegaan om vervolgens met haar racket onder de arm elders een eind aan haar leven te maken?

Neurotische bokser

Vele jaren later, in 2012, spreken rechercheurs van een ‘kale verdwijning’: geen lijk, geen motief, geen bloedsporen, geen teken van leven. In de eerste uren na de verdwijning had de politie alerter moeten zijn, erkennen ze tegenover de Volkskrant. Een cold case-onderzoek uit 2011 levert niets op en ook de tips die een uitzending van Opsporing Verzocht in januari 2011 oplevert, lopen dood.

Hoewel er geen sluitend bewijs tegen hem is, wijst alles naar Lisette’s vriend Dinand

Wat er nu werkelijk is gebeurd met Lisette Vroege, is ruim een kwart eeuw later nog steeds een raadsel. Wie de weinige feiten op een rij zet, kan bijna niet anders dan geloven dat ze vrijwillig met iemand mee is gegaan. Ze was een jonge, gezonde vrouw en dus prima in staat zich te verzetten. Dat zou door de buren gezien of gehoord moeten zijn. Bovendien zijn er geen sporen van een handgemeen of ander geweld in of rond haar huis gevonden. Van vriend Dinand werd gezegd dat hij jaloers uit de hoek kon komen, hij had een sleutel van haar huis en met hem zou ze in alle vertrouwen mee zijn gegaan. Had hij haar gesprek met de makelaar die avond op de tennisclub verkeerd opgevat en is hij daardoor doorgeslagen? Het is vreemd dat hij al na een half uur de politie belde en zijn reacties tegenover de media, waaronder een verslaggever van Tros Vermist, waren ronduit agressief. Zo schreef een journalist van de Volkskrant dat hij tijdens hun gesprek ‘om hem heen danste als een neurotische bokser’.



Geen sluitend bewijs

Opmerkelijk is ook de grote mate waarop Dinand al die jaren uit de wind werd gehouden. Hoewel er voor zover bekend geen enkel sluitend bewijs tegen hem is, wijst alles naar hem, terwijl elk ander scenario al gauw vastloopt. Alleen hij had een sleutel van haar woning, het feit dat haar schoen los werd gevonden wijst erop dat ze binnen is geweest, terwijl drie getuigen haar alleen thuis hebben zien komen. En wie belt er na een half uur al de politie wanneer een 27-jarige vrouw niet thuis blijkt? Indien hij onschuldig is, zou Dinand als vriend van het slachtoffer zelf ook slachtoffer zijn. In plaats daarvan verdwijnt hij volledig van de radar. Iedereen weet dat Michael P. Panhuis heet, Jos de G. De Graaf en Jos B. Brech, maar van Dinand weten we nagenoeg niets. Zelfs de spelling van zijn voornaam wisselt, wat hem nog moeilijker te vinden maakt.

Onder IJshal begaven

Wie het ook was, de dader heeft Lisette Vroege meesterlijk laten verdwijnen. Gezien de vindplaats van de schoen en het racket is het niet ondenkbaar dat haar resten onder een dikke laag beton en ijs liggen. In 1992 was de bouw van IJshal Haarlem net begonnen en werd de betonnen fundering gegoten. Wellicht was de dader zo geslepen om haar in de bouwput te begraven, zodat de bouwvakkers de klus voor hem afmaakten en dan ligt Lisette Vroege tot de dag van vandaag onder het sportcomplex. En dan wordt ze misschien toch nog gevonden, ooit, wanneer de schaatshal tegen de vlakte gaat. Maar zelfs als dat gebeurt, is het maar de vraag of haar resten dan nog sporen vertonen die leiden naar de dader. Als die dan nog leeft.

Kijk ook de minidocu over Lisette Vroege:

Dodenvlucht Neptune 212 wellicht diefstal

6 februari 2019 door Frank Jacobs Reageer

Eerder dit jaar schreef ik voor Quest Historie een artikel over de bijna-ramp in 1965 met een Lockheed Neptune van de Marine Luchtvaartdienst. Twee jonge vliegtuigmonteurs kaapten het vliegtuig en vlogen een wisse dood tegemoet, een groot waarom achterlatend. Onlangs sprak ik een nieuwe getuige die daar een antwoord op denkt te hebben.

Twee jonge kerels zonder vliegervaring stappen in een groot, viermotorig toestel en starten het. Tien minuten later liggen ze dood op de bodem van de Noordzee. Wat er is gebeurd, is al gauw duidelijk. Maar waarom? Wat bezielde deze mannen? Volgens de marineleiding hadden ze gedronken, maar getuigen die ik sprak, bestrijden dat. En dan nog: hoe dronken moet je zijn om te denken dat je ‘wel even’ wegvliegt met zo’n toestel?

Zwijgplicht

Onlangs sprak ik een nieuwe getuige die denkt een antwoord te weten op de vraag waarom. Harry Lentjes (71) werkte destijds als elektromonteur/instrumentmaker op Vliegkamp Valkenburg en stond er met zijn neus op. Hij zegt destijds zwijgplicht opgelegd te hebben gekregen, maar is nu toch bereid die te doorbreken. “Ik kende Frans Bolk en Huib van Oostende (de monteurs die het vliegtuig die avond kaapten, red.) heel goed. Die avond zat ik met ze in de kantine te kaarten. Ze hadden beiden weekendverlof en hun weekendtassen al bij zich. Dat is al vreemd, want het was bijna elf uur en daarna mocht je de poort niet meer uit. Maar we wisten allemaal genoeg andere manieren om toch nog buiten te komen, dus nam ik aan dat ze zoiets van plan waren.” De officiële lezing dat de mannen gedronken hadden, wordt ook door Lentjes ten stelligste ontkend. Hij verliet samen met Bolk en Van Oostende de kantine om naar de slaapbarak te lopen.


Geruchten

Lentjes had wacht bij de hoofdpoort van middernacht tot vier. Hij kwam daar net aan toen hij het toestel over zag komen. Kort daarop begon het gonzen van de geruchten al. Toen Lentjes hoorde dat het twee monteurs zouden zijn die in de Neptune waren gestapt, zei hij meteen ‘dat moeten Balk en Van Oostende zijn’.
“De volgende ochtend stapte ik voor verlof op de trein naar Nijmegen, waar ik destijds woonde. Tot mijn verbazing stond de marechaussee me op te wachten. Nog voor ik goed en wel iets tegen mijn ouders en vriendin kon zeggen, werd ik in een busje afgevoerd, terug naar het vliegkamp. Daar werd ik meteen verhoord door commandant Moekedano, in aanwezigheid van een officier en een onderofficier. Ik kreeg te horen dat de kastjes van Bolk en Van Oostende waren opengebroken en dat daarin de handboeken van de Lockheed Neptune waren aangetroffen. Ze verboden mij om over de kwestie te spreken.” Lentjes verbaast zich er al zijn halve leven over dat het detail van die handboeken wordt verzwegen in het onderzoeksrapport. “Dat duidt op opzet.”

Huib van Oostende
Frans Bolk

Gloednieuwe radar

Wat ook niet klopt aan de officiële lezing is dat het betroffen toestel, de Neptune 212, standby stond voor reddingsmissies (OSRD), zegt Lentjes: “Zo’n toestel heeft altijd een grote opblaasboot in het bommenruim. Die heeft er bij de 212 nooit ingezeten.” Wat de 212 nou juist weer wel had, als enige van de twaalf Neptunes die destijds op Valkenburg waren gestationeerd, was een gloednieuw radarsysteem, weet Lentjes: “Dat was er daags tevoren in Woensdrecht in gebouwd.”

Libië

Lentjes denkt daarom dat Bolk en Van Oostende het vliegtuig stalen om het te verkopen aan Libië. Waarom juist aan dat land? “Een jaar eerder had een andere monteur, Theo van Eijck, op Malta een Grumman S-2 Tracker gekaapt om er mee naar Libië te vliegen. Sindsdien werd er bij ons op het vliegkamp wel eens gegrapt ‘wat zouden ze voor een Neptune over hebben?’ Die gloednieuwe radar maakte de 212 extra waardevol.”

Dat doet niets af aan het feit dat beide monteurs geen vliegervaring hadden en hun vlucht dus gedoemd was te mislukken. Lentjes is daar niet zo zeker van: “Ze wisten veel van vliegtuigen en Bolk had een paar vlieglessen gehad. Een Neptune kon je op de automatische piloot bijna aan de grond zetten.”

Straalmotoren

Toch ging het vrijwel meteen mis. Lentjes: “Dat kwam doordat ze veel te overhaast te werk gingen. De kunstmatige horizon van een Neptune had acht tot negen minuten nodig voordat hij fatsoenlijk werkte en zonder dat instrument ben je in het donker nergens.” En er ging nog iets mis aan boord, weet Lentjes: “In de cockpit zat een schakelaar om de oliedruk van de besturing in te schakelen. Ik was erbij toe het instrumentenpaneel boven water werd gehaald en zag dat de rode veiligheidsklep er nog overheen zat. Verder namen ze de korte baan en daarom moesten ze ook de straalmotoren gebruiken (een Neptune had twee extra straalmotoren naast de normale propellers, red.), terwijl een Neptune normaal alleen op de zuigermotoren opsteeg.”


Pertinente onjuistheden

Volgens Lentjes werd er niet alleen veel verzwegen door de marine, maar stonden er ook pertinente onjuistheden in het eindrapport. “Er wordt gesproken over twee schildwachten op het platform, maar dat was er maar een. De tweede stond bij het brandstofdepot en dat is een heel eind verder. Bovendien zou de wacht opdracht hebben gekregen met zijn bajonet een band lek te steken, maar zo houd je een Neptune echt niet tegen. En dat de schildwacht naar de wachtcommandant liep is onmogelijk. Er was geen wachtcommandant in de buurt van de vliegtuigen, alleen bij de hoofdpoort, een kilometer of drie verderop.” Overigens heb ik voor mijn eerdere verhaal met de schildwacht gesproken en die vertelde mij het verhaal zoals ik het eerder beschreef.

Wat Lentjes tenslotte verbaast is dat de weekendtassen van zowel Bolk als Van Oostende nooit gevonden zijn, officieel tenminste: “Alles wat van het vliegtuig boven water werd gehaald werd in de hangar uitgestald, maar die twee tassen heb ik er nooit bij gezien.”

Dus toch een poging het vliegtuig te stelen, zoals in mijn vorige artikel al werd gesuggereerd door een andere getuige? Het klinkt ongeloofwaardig, maar dat ze niet dronken waren is zeker en hoe geloofwaardig is het dat twee jonge, gezonde kerels samen zelfmoord plegen?

Lees hier het eerdere artikel over deze vliegramp, dat ook in Quest Historie werd gepubliceerd.

Neptune 212: dodenvlucht boven Katwijk

8 januari 2019 door Frank Jacobs 1 Reactie

In 1965 gaan twee vliegtuigmonteurs zonder vliegervaring aan de haal met de Neptune 212, een militair toestel. Ze krijgen het van de grond, maar dat ze het nooit meer kunnen landen, moeten ze hebben geweten. Ze storten in zee en Katwijk ontsnapt aan een ramp. Wat de mannen tot deze daad dreef, is tot op de dag van vandaag een mysterie.

Het is vrijdagavond tegen middernacht, 22 januari 1965. De koude oorlog is in volle gang en op Vliegkamp Valkenburg is een eskader van twaalf Lockheeds Neptune SP-2H gestationeerd als duikbootbestrijdingsvliegtuig. Ook kunnen de toestellen worden ingezet voor opsporings- en reddingsoperaties, OSRD in vakjargon, en daartoe staan er  vijf opgesteld op de Flight, het rangeerplatform aan de zuidoostkant van het vliegveld.
Vliegtuigmonteur Ad Meulenberg loopt samen met zijn maat Tom Boel de wacht, herinnert hij zich ruim vijftig jaar later nog: “Het was een koude nacht en de regen kwam met bakken uit de hemel.” Kort voor middernacht ziet Meulenberg vanuit de duisternis Boel op hem afkomen lopen met de vraag of hij weet of er OSRD is: “Ik zei van niets te weten. Hij antwoordde dat er zojuist twee monteurs, Frans Bolk en Huib van Oostende, naar de Flight waren gekomen met het verhaal dat ze de Neptune 212 klaar voor vertrek moesten maken wegens een schip in nood op de Noordzee.”
Meulenberg belt de wachtcommandant. Die weet evenmin van een OSDR, maar zal navragen. De wacht gaat terug naar het platform, waar hij Bolk en Van Oostende aantreft, die al op de vleugels van de Neptune zitten om de motoren en vleugelkleppen te ontdoen van hun beschermhoezen. Boel vraagt waar de piloten blijven, waarop Bolk antwoordt dat die onderweg zijn.

Boel en Meulenberg krijgen argwaan. De baanverlichting is niet ontstoken, wat bij een OSDR gebruikelijk is. “Ik ging direct naar de wachtcommandant, die zei nog geen antwoord te hebben,” vertelt Meulenberg. Terug bij de Neptune ziet hij dat Bolk in de cockpit zit en de eerste motor start. Hij ruikt nu echt onraad: “Dat was iets dat normaal gesproken de piloten deden.”

Voor de derde keer spoedt Meulenberg zich naar de wachtcommandant en ditmaal weet deze meer: er is helemaal geen sprake van OSRD. Meulenberg holt naar de Flight, waar de Lockheed begint te taxiën. Beide surveillanten rennen naar de wachtcommandant, die hen opdraagt het vliegtuig tegen te houden. Meulenberg gaat dwars door het gras achter de Neptune aan, die koers heeft gezet richting het begin van de startbaan.
Op de baan aangekomen kijkt Meulenberg de Neptune, die inmiddels is gedraaid, recht in de landingslichten. De militair realiseert zich dat zijn enige kans het lek steken van de banden is, dus schroeft hij de bajonet op zijn geweer. Ondertussen hoort hij de motoren van de Neptune aanzwellen en het omhoog zwiepen van de bundels van de landingslichten vertelt hem dat het vliegtuig de remmen heeft losgegooid.
Terwijl het toestel op hem af stormt, brengt Meulenberg zich in veiligheid door zich naast de startbaan in het gras te laten vallen. Amper ligt hij wanneer de Lockheed hem voorbij dendert. Verbijsterd gaat hij zitten, om te zien hoe het vliegtuig zich losmaakt van de baan.



Meulenberg ziet dat het vliegtuig in een veel te steile hoek klimt. Het duurt niet lang voor de Neptune hopeloos overtrokken raakt. Het vliegtuig blijft even als bevroren hangen, richt de neus vervolgens scherp omlaag en begint aan een duikvlucht. Terwijl hij de lichten van het vliegtuig omlaag ziet vallen, begeleid door het gehuil van de motoren, realiseert Meulenberg zich dat de Neptune binnen enkele seconden op Katwijk zal storten. Hij ziet een lichtflits aan de horizon, gevolgd door een doffe klap en een spookachtig verlichte paddenstoelwolk.
Katwijk kruipt die nacht door het oog van de naald. Het is middernacht, bijna iedereen is thuis en de Neptune, met 10.000 liter brandstof een reusachtige molotovcocktail, mist op een haar na de flats in Molenwijk. Daardoor boort het toestel zich niet in de woonwijk, wat vele tientallen, zo niet honderden doden tot gevolg zou hebben gehad, maar stort het vijfhonderd meter uit de kust in de Noordzee.

De dagen die volgen is het een drukte van belang op het strand van het anders zo rustige vissersdorp. Schepen, helikopters en vliegtuigen zoeken de zee af naar het wrak en de lichamen. Ondertussen piekert de marinetop op Vliegkamp Valkenburg over hoe dit heeft kunnen gebeuren. Bolk en Van Oostende staan te boek als betrouwbare, plichtsgetrouwe militairen. Bovendien wisten ze als vliegtuigmonteur dat ze zonder enige vliegervaring geen enkele kans maakten de Neptune, als ze hem al de lucht in kregen, ooit weer heelhuids op de grond te zetten. En al zouden ze wel vliegervaring hebben gehad, een Neptune vereist een driekoppige bemanning. Bovendien duurt de opstartprocedure met alle controles en opwarmen van de motoren normaal gesproken zo’n drie kwartier, wat in noodgevallen verkort kan worden tot een half uur; ditmaal zaten er zes minuten tussen starten en opstijgen.

Het onderzoek naar de toedracht wordt geleid door Kapitein ter Zee vlieger Jo C. Petschi. De kolonel zoekt het antwoord op de vragen al gauw in de meest voor de hand liggende oplossing: drank. Daags na het drama vertelt hij tegen het Limburgs Dagblad (Bolk kwam uit Brunssum) dat een getuige had verklaard dat de jongeman die noodlottige avond in de kantine van het vliegkamp ‘ongeveer zes glazen bier’ had gedronken. Verder meent Petschi dat Bolk en Van Oostende ook voorafgaand aan hun kantinebezoek hebben gedronken: “Zij zullen bepaald niet dronken zijn geweest. Maar in ieder geval hebben ze genoeg bier gehad om een stukje van hun denkvermogen uit te schakelen,” quote de krant de kolonel.
Petschi vraagt zich verder af waarom beide mannen niet naar huis zijn gegaan, want ze hadden weekendverlof. Rond elf uur, sluitingstijd, hebben ze de kantine verlaten en zijn ze naar hun barak gegaan. Daar hebben ze nog met anderen gesproken, waarbij bijna niets opvallends is gezegd. Wel verklaart een getuige dat de een tegen de ander heeft gezegd “zullen we dan maar?”, waarna Bolk en Van Oostende vertrokken zijn. De rest van de officiële lezing komt in grote lijnen overeen met het relaas van Ad Meulenberg. De wacht treft geen enkele blaam, concludeert de onderzoekscommissie; hij heeft volgens instructies gehandeld.

Twee jongemannen die in een met bier overgoten vlaag van overmoed een vliegtuig kapen voor een nachtelijke joyride; twee mensenlevens en een vijf miljoen gulden kostend toestel verloren; case closed.

Wanneer we het ruim honderd pagina’s tellende onderzoeksrapport lezen, vinden we niet veel meer dan getuigenverklaringen die de officiële conclusies ondersteunen. Maar is het wel zo eenvoudig? Wanneer we betrokkenen zelf spreken, blijkt dat er nog steeds twijfel bestaat over de lezing van de marinetop. Zo zijn er mannen die destijds bij hetzelfde squadron zaten en afwijkend gedrag hadden opgemerkt bij de beide joyriders. Gijs Evertsen was in Barak E13 Huib van Oostende’s slaapbuurman, vertelt hij: “Er was op de bewuste dag iets broeiende. De herinneringen komen na vijftig jaar nog steeds boven.” Volgens Evertsen verving Bolk die dag een cockpitruit van de 212: “Het werk werd buiten uitgevoerd en gedurende de klus kreeg Bolk meermaals gezelschap van Van Oostende. Toen het werk erop zat, werd de Neptune van Hangar 5 naar de Flight verplaatst.”
Later die dag, in het slaapverblijf waar de soldaten zich klaar maakten voor weekendwacht of -verlof, merkte Evertsen op dat Huib van Oostende zich ‘enigszins merkwaardig’ gedroeg. Zo gaf hij persoonlijke bezitting weg of verkocht hij ze voor een prikkie. Evertsen zelf kocht van Huib voor 25 cent het boek Famous Combat Aircraft of the World: “Daarin stond een foto van een andere Nederlandse Neptune die eerder op Nieuw Guinea verloren was gegaan. Van Oostende had er een zwart kruisje bij gezet en toen ik vroeg wat dat betekende, zei Van Oostende dat de MLD er binnenkort nog een zou verliezen.”



Dat is, zeker na een halve eeuw, hoogstens een vage aanwijzing dat er iets mis zou zijn geweest. Maar hij wordt versterkt door het feit dat de verklaring van de marinetop dunnetjes is. Om te beginnen mocht de barman niet meer dan drie flesjes bier per persoon per avond schenken; zelfs al zouden Bolk en Van Oostende vooraf hebben ingedronken, dan zou dat in de kantine zijn opgevallen. Diverse mannen hebben verklaard dat beiden een nuchtere indruk maakten, wat ook in het onderzoeksrapport te lezen is. In het ergste geval waren ze licht aangeschoten. Beiden wisten dat ze een Neptune nooit heelhuids zouden kunnen landen. Verder was het vanaf de barak vier kilometer lopen door de kou en stromende regen; als ze al aangeschoten waren vertrokken, had die tocht ze wel ontnuchterd.

Ook de afwikkeling van het onderzoek roept vraagtekens op. Kapitein ter Zee Petschi was als commandant van het vliegkamp verantwoordelijk voor de dagelijkse gang van zaken, dus ook de bewaking van de vliegtuigen. Dezelfde Petschi werd na het drama aangewezen als voorzitter van de onderzoekscommissie én als persvoorlichter. Dat heeft met onafhankelijkheid weinig te maken, maar verklaart wel waarom Petschi de wacht zo snel van alle blaam zuiverde; die hadden immers keurig volgens door hem uitgevaardigd protocol gehandeld. En dat Petschi al na twee dagen, nog voordat de lichamen van Bolk en Van Oostende gevonden waren, insinueerde dat drankgebruik de oorzaak was geweest, duidt niet op erg diepgaand onderzoek.

Stel dat er inderdaad geen drank in het spel was en Bolk en Van Oostende bij hun volle bewustzijn in het vliegtuig zijn gestapt, wat heeft ze dan gedreven? Een dubbele zelfmoord? Dat lijkt moeilijk te geloven, maar dat geldt eigenlijk voor elk mogelijk scenario. Gijs Eversten vermoedt dat ze het vliegtuig in opdracht van een vreemde mogendheid moesten stelen, maar dat de piloot die zou vliegen niet kwam opdagen, zodat ze na ontdekking in paniek vluchtten. Een verklaring die door anderen weer voor zeer onwaarschijnlijk wordt gehouden.
Waarom beide mannen nou echt zo jong moesten sterven, is na ruim een halve eeuw nog steeds een mysterie en zal dat wel altijd blijven. Hun nachtelijke dodenvlucht is lang vergeten, maar als hun toestel iets eerder overtrokken was geraakt, was een deel van Katwijk in een vuurzee verdwenen.


Dinsdagavond 26 januari wordt het wrak van de Neptune op de zeebodem gelokaliseerd, waarna het in de dagen die volgen in stukken omhoog wordt getakeld. Die ochtend al spoelt het lichaam van Huib van Oostende aan op het strand tussen Katwijk en Wassenaar. Woensdagmiddag wordt een paar kilometer zuidelijker, op het strand van Scheveningen, het stoffelijk overschot van Frans Bolk aangetroffen.


De drieste actie van Bolk en Van Oostende was voor de MLD des te gênanter omdat het niet de eerste keer was dat onbevoegd personeel met een vliegtuig aan de haal ging. Nog geen jaar voor de dodenvlucht boven Katwijk had de 21-jarige boordwerktuigkundige Theo van Eijck op Malta een Grumman S-2 Tracker gekaapt en de wijk genomen naar Libië. Van Eijck was niet door de keuring gekomen en wilde zo bewijzen dat hij wel degelijk kon vliegen. Ook Frans Bolk had ambitie piloot te worden en het zou zomaar kunnen zijn dat hij een slecht voorbeeld nam aan de actie van Van Eijck.


Dit artikel verscheen eerder in Quest Historie, nummer 3/2017.  Lees hier nieuwe ontwikkelingen in deze zaak.

Waarom Schiphol op zee bezopen is

13 november 2018 door Frank Jacobs 2 Reacties

Boeing 747 KLM Frank Jacobs

Mijn vader zei wel eens gekscherend dat tachtig procent van de Nederlandse bevolking achterlijk is. Dat klinkt arrogant, maar in een enquête van De Telegraaf over een tweede Schiphol op zee blijkt 82 procent van de respondenten daar wel iets in te zien. Toegegeven, dat zijn Telegraaf-lezers, maar niettemin is deze onderschrijving van mijn vaders boude bewering zorgwekkend.

Een half miljoen vliegbewegingen per jaar: dat is het maximum, ofwel plafond waar Schiphol zich tot 2020 aan te houden heeft. Je zou zeggen dat ze daarmee aardig wat hoofdruimte overhouden, maar afgelopen jaar waren het er al bijna 497 duizend. De rek is er dus zo goed als uit en daarmee komt een oud plan uit de jaren negentig weer bovendrijven: een tweede Schiphol op zee, in de vorm van een kunstmatig opgespoten eiland. Komt dat er niet, dan ‘doen we Nederland op slot’, aldus bestuursvoorzitter Peter Berdowski van Boskalis, niet geheel toevallig een maritiem bedrijf dat staat te trappelen om deze miljardenopdracht binnen te slepen.

Voor 39 euro naar de Ramblas

‘Nederland op slot’? Dat klinkt nogal melodramatisch, daarom zal ik even uitleggen waar Berdowski precies op doelt. Berdowski waarschuwt dat we straks niet meer voor 39 euro kunnen doorzakken op de Ramblas. Berdowski vreest dat voor 79 euro kerstshoppen in Londen in de toekomst verleden tijd is. Berdowski wil zeggen dat een weekje Malediven binnenkort weer kost wat het, de milieuschade die dat pleziertje met zich meebrengt in acht genomen, zou moeten kosten. En ja, Berdowski schermt met meer werkgelegenheid bij de firma Boskalis voor heel Nederland.



Mijnheer Berdowski, u moet weten dat je ook in Leiden heerlijk kunt doorzakken. Dat kerstshoppen in Amsterdam reuze gezellig is. Dat het Nederlandse strand hartstikke mooi is (mits er geen vliegveld voor wordt aangelegd). En dat die verleidelijke bestemmingen zich allemaal op retegroene fietsafstand bevinden. Meer in eigen land consumeren is trouwens uitstekend voor die werkgelegenheid waar u zo begaan mee zegt te zijn. Misschien moeten een paar kunstmatigeilandopspuiters van Boskalis omgeschoold worden tot ober of winkelbediende, maar ook dat is weer goed voor de werkgelegenheid. Ziet u dat zelf niet zitten? Geen nood aan de man: u mag met uw Boskalis onze stranden een stukje opspuiten, zodat er meer mensen op kunnen. Oók weer goed voor de werkgelegenheid.

Opgespoten eiland

Ruim tachtig procent van de bevolking  Telegraaflezers wil kont aan kont op verre stranden blijven kunnen liggen en is daartoe bereid onze eigen kust te laten verminken door Schiphol en Boskalis. Zo niet, gaat Nederland op slot.
Op slot?
Op slot, beste Peter Berdowski, dat zitten we rond de volgende eeuwwisseling met z’n elf miljarden, wanneer de laatste stukken regenwoud gekapt zijn om plaats te maken voor suikerrietplantages ten behoeve van bio-ethanol, waarmee we de laatste druppels olie hebben versneden om het ‘duurzaam’ te mogen noemen.

Misschien kunnen we van dat lelijke, opgespoten eiland voor de kust dan een tropisch zwemparadijs maken.

  • 1
  • 2
  • Volgende pagina »

Over Frank Jacobs

Frank Jacobs (1966) is crossmediaal en multimediaal journalist en schrijft, fotografeert en filmt voor onder meer AutoWeek, NU.nl, Quest Historie, GTO Magazine en Lifestyle Almere. Daarnaast presenteert hij autoprogramma’s op AutoWeek TV en voorheen Discovery Channel.

Hij studeerde automobiel management en Frans en woonde en werkte jarenlang afwisselend in Frankrijk, Engeland, Duitsland en Spanje.

Lees meer over Frank Jacobs.

Zoeken

  • Why Nuclear Energy is a Very Bad Idea
  • Waarom de flitsmarathon onzin en bangmakerij is
Copyright 2015 | Frank Jacobs | KvK Almere 62518755