Ik had niet verwacht dat het zo’n twee decennia na de democratisering van internet nog uitleg zou behoeven, maar de praktijk wijst anders uit. Het kopiëren van teksten, beeld en muziek is diefstal. Ik wil die discussie nog wel eens aangaan wanneer ik het zie gebeuren en de onnozele reacties daarop verbijsteren me steeds weer.
Zo ontdekte ik een tijdje terug dat op een Facebookgroep voor geschiedenisliefhebbers ineens allemaal oude artikelen van mijn hand verschenen. Niemand had mij daar toestemming voor gevraagd en zelfs bronvermelding vonden ze nergens voor nodig. Daarom reageerde ik eronder, waarop de dame die mijn historische website had ontdekt en er naar hartenlust op grasduinde, gepikeerd antwoordde. Ik moest niet zo kinderachtig doen en het stond toch al op internet? Na veel uitleg mijnerzijds bood ze schoorvoetend aan mijn naam eronder te zetten. Dat ik de bijbehorende foto’s, die mevrouw ook had gekopieerd, voor een aardig bedrag bij een stockbureau had gekocht, maakte evenmin indruk. Inmiddels is ze gestopt met mijn website leeg te plukken… omdat ze alle artikelen al op Facebook heeft gezet.
Dat is dan nog een dame op leeftijd wiens leven zich grotendeels in het pre-internettijdperk heeft voltrokken. Schrijnender vind ik die columnisten en andere gastschrijvers die zo verlegen zitten om complimentjes dat ze hun werk, parallel aan hun opdrachtgever, integraal op social media weggeven. Zo zag ik vanmorgen een student en gemeenteraadslid, slimme kerel dus en jong genoeg om mijn zoon te zijn, dus te snappen hoe media werken, zijn artikel, dat bij het landelijk dagblad achter de betaalmuur staat, op de ochtend van verschijnen op Twitter zetten. Toen ik daar een opmerking over maakte, reageerde hij met iets als ‘daar hebben ze eerder ook niet moeilijk over gedaan’.
Dat kan een winkeldief die niet eerder werd betrapt ook zeggen. Iemand anders verdedigde dat gedrag met ‘is toch reclame voor de krant?’. Tja, je kunt een brood stelen en daarna rondbazuinen dat het heerlijk was. Dat is toch reclame voor de bakker?
Ik vergeleek het met een automonteur die in het weekend klanten van zijn baas zwart en voor een veel lager tarief bedient en zo op termijn het bedrijf waarvoor hij werkt, ondermijnt. Het is net als in je broek piesen: het is even lekker warm, maar daarna vies en klam.
Onder een video die ik voor mijn vaste werkgever maakte, zag ik iemand uitleggen hoe je het filmpje kunt bekijken zonder eerst naar die vijftien seconde reclame te kijken. Weet dat ik, samen met een cameraman, twee dagen op reis ben geweest om die video te maken, waarna die cameraman nog een dag aan het monteren was. Zou deze persoon in rij voor de kassa van de supermarkt ook aan mensen uitleggen hoe je de winkel uit kunt komen zonder je boodschappen af te rekenen?
Content copy-pasten, lieve mensen, is diefstal. En adblockers grenzen daar aan. Muzikanten, fotografen, videomakers, journalisten en andere schrijvers verdienen hun brood met wat jij kopieert en elders gratis aanbiedt. Dat is precies hetzelfde als bij de juwelier een horloge in je zak laten glijden.